Sabbatical april – juli 2022
“Zwerven, vrij en blij”
Dat is de titel van het eerste hoofdstuk van Zhuang Zi, een van de grote klassieke boeken van het taoïsme. In dit hoofdstuk gaat het over nut. Is het nuttig om groot te zijn, of juist klein? Rijk of juist arm? Wat heb je eraan? De conclusie is dat het beter is om je niet vast te houden aan algemeen geldende normen en waarden over wat goed of fout is, of wat het betekent om succesvol te zijn. Geen rechte, uitgestippelde lijnen te volgen, maar de wendingen van het lot voor je eigen genoegen aan te wenden. En dus vooral nergens nuttig voor te willen zijn.
En dat is precies wat ik de komende maanden ga oefenen. Meebewegen met het leven, zwerven, vrij en blij. En onderzoeken wat het me brengt om even helemaal zonder structuur te zijn, zonder werk, zonder de identiteit die dat werk met zich meebrengt.
In de tekst geeft Zhuang Zi het volgende antwoord aan een leerling die klaagt dat hij een boom heeft die zo oud, groot en krom is, dat hij nergens voor gebruikt kan worden:
“En nu heb jij een grote boom, maar je beklaagt je dat hij geen nut heeft. Waarom plant je hem dan niet in het land van niemendal, in het veld van de wijde wildernis? Dan ga je er lekker naast zitten en niets doen of er vrij en blij onder liggen slapen. Want:
Niet ten prooi zal hij vallen aan de bijl!
Geen ding zal hem ooit kwaad doen!
Wie nergens toe dient,
Wat kan die nog overkomen?”
(vertaling Kristoffer Schipper, uit: Zhuang Zi, de volledige geschriften)
In augustus geef ik twee retraites in Zuid-Limburg, en in september beginnen de wekelijkse lessen weer. Tot dan!
Eva